Helicobacter pylori (H. pylori) is één van de meest voorkomende oorzaken van infectieziekten. Als deze infectie niet behandeld wordt, verhoogt dit uiteindelijk het risico op maagkanker. Helicobacter pylori is lastig uit te roeien. Dat komt door de bijwerkingen van de therapie (tripeltherapie), en door het feit dat patiënten resistentie kunnen ontwikkelen. Een recente meta-analyse peilde naar de effecten van probiotica op de bijwerkingen van antibiotica en op de therapietrouw.

In deze review werden 30 gerandomiseerde gecontroleerde studies opgenomen. In totaal werden 4.302 patiënten geanalyseerd met een per-protocol (APP) en 4.515 patiënten met een intention-to-treatprotocol (ITT).

Beide analysemethoden toonden aan dat de aanwezigheid van H. pylori sterk verminderde bij toediening van probiotica (een eradicatiewaarde van + 12,2% met APP en + 14,1% met ITT). De auteurs zijn van mening dat de meeste probiotica een gunstige werking hebben:

  • Lactobacillus,
  • Bifidobacterium,
  • Saccharomyces,
  • en gemengde preparaten.

De algemene tolerantie en de therapietrouw verbeterden, evenals het relatieve risico van bijwerkingen van de behandeling, zoals misselijkheid, braken, diarree en epigastrische pijn. De auteurs raden daarom aan om bij een tripeltherapie voor een infectie met H. pylori ook probiotica voor te schrijven.

Helicobacter pylori en LcS

In Europa wordt geschat dat 17 tot 88% van de mensen besmet is met Helicobacter pylori, waarbij de prevalentie toeneemt met de leeftijd en een piek bereikt bij personen van 50 jaar en ouder (Roberts et al. 2016). Het is de meest voorkomende oorzaak van zweren: ongeveer 15% van de besmette personen ontwikkelt maagzweren of zweren in het duodenum. De normale behandeling bestaat uit een combinatie van antibiotica en een antacidum. Er is onderzoek gedaan naar het belang van probiotica met of zonder antibiotica. Een meta-analyse (Zou et al. 2009) toont aan dat suppletie met lactobacillen doeltreffend zou kunnen zijn om het eradicatiepercentage van de Helicobacter pylori-antistoffen te verhogen bij patiënten die voor het eerst behandeld worden. Bovendien zou het een positief effect hebben op sommige ongewenste bijwerkingen van de behandeling. Er zijn ook studies gedaan naar Lactobacillus casei Shirota, die de effecten bestudeerden van het probioticum alleen of in combinatie met antibioticatherapie
(Sahagún-Flores et al. 2007, Sgouras et al. 2004).