Het achtste International Yakult Symposium vond plaats op 23 en 24 april 2015 in Berlijn. De deelnemers waren internationaal gerenommeerde experten op het gebied van microbiota en probiotica. Het bleek nog maar eens dat de bacteriën die in ons spijsverteringsstelsel leven, hun geheimen nog lang niet prijsgegeven hebben!

De recente bevindingen over de effecten van probiotica op de gezondheid openen nieuwe perspectieven voor de preventie of de behandeling van bepaalde aandoeningen. 

Het leven in de dunne darm

In de openingstoespraak van het symposium liet Prof. Michiel Kleerebezem (Wageningen, Nederland) nieuw licht schijnen op de microbiota van de dunne darm. Hij sprak voornamelijk over de inhoud van monsters afkomstig van patiënten met een stoma op de dunne darm (ileostoma).

De bacteriën in de dunne darm zijn minder talrijk dan in de dikke darm, maar daarom niet minder belangrijk. De bacterieflora in de dunne darm onderscheidt zich door zijn samenstelling: niet de Lactobacilli zijn hier de dominante groep, maar wel Streptococcus, Veillonella, Clostridium en Escherichia.

Het bleek (en dit is interessant!) dat de inname van probiotica met Lactobacillusstammen (acidophilus, casei, plantarum, rhamnosus) zorgt voor gunstige wijzigingen in de bacteriepopulatie. De inname van deze probiotica bracht verder cellulaire reacties teweeg die vergelijkbaar zijn met die van veel farmaceutische verbindingen. Daar liggen dus zeker nieuwe en interessante mogelijkheden.

Minder besmettingen met Campylobacter

Minder besmettingen met Campylobacter-infecties?

De darm van volwassen muizen is resistent tegen kolonisatie met Campylobacter jejuni, maar de menselijke darm bezit die resistentie niet. Volgens Prof. Stefan Bereswill (Charité, Berlijn, Duitsland) is dat te wijten aan de samenstelling van de bacterieflora: de flora van volwassen muizen bevat aanmerkelijk minder Escherichia coli.

Uit zijn onderzoek blijkt dat kolonisatie met Escherichia coli de weerstand tegen deze ziekteverwekker opheft, en dat zowel bij jonge muizen als bij de mens. De professor stelt daarom voor om al in een vroeg stadium probiotica toe te dienen, om kolonisatie door E. coli tegen te gaan en intestinale ontstekingen of acute diarree te voorkomen.

Lagere morbiditeit in HIV

Patiënten met hiv lopen ook een groot risico op infecties, onder andere als gevolg van bacteriële translocatie. De proefstudie van Dokter Chiara D’Angelo (Chieti, Pescara, Italië) is in dat opzicht hoopgevend. Aan de studie namen 30 hiv-patiënten deel, die dagelijks gedurende vier weken Lactobacillus casei Shirota innamen.

De inname van probiotica verminderde de diffuse ontsteking, gekenmerkt door een verlaging van de bloedspiegels van bacterieel LPS, wat wijst op een betere barrièrefunctie van de darmwand. Verder steeg de productie van de lymfocyten CD56 + NKT, die een essentiële rol spelen in de immuunrespons.

Insulineresistentie voorkomen

Volgens Prof. Carl Hulston (Loughborough, VK) hangt de insulineresistentie (kenmerkend voor type 2-diabetes) samen met een gewijzigde samenstelling van de darmflora. Indien dit het geval is, kan het gebruik van probiotica zinvol zijn.

Hulston presenteerde een proefstudie bij zeventien gezonde proefpersonen verdeeld in twee groepen, over een periode van vier weken. De eerste groep kreeg Lactobacillus casei Shirota, de tweede was een controlegroep. Beide groepen ondergingen een orale glucosetolerantietest voor en na een vetrijke maaltijd gedurende 7 dagen.

Hieruit bleek dat de reactie op de test in de controlegroep 10% hoger was dan voor de vetrijke maaltijd, terwijl dit constant bleef in de groep die probiotica had gekregen.

Op dezelfde manier werden beide groepen getest op insulinegevoeligheid. De resultaten waren gelijklopend: de gevoeligheid voor insuline nam met 27% af in de controlegroep, maar bleef gelijk in de groep die LcS had ingenomen. Volgens Hulson wijzen deze voorlopige resultaten erop dat probiotica nieuwe mogelijkheden kunnen bieden voor het metabool syndroom.