Het spijsverteringsproces

In de dunne darm wordt het spijsverteringsproces, dat in de mond en maag was gestart, voltooid. Daarbij worden de voedingstoffen in de bloedbaan opgenomen. De dunne darm is ongeveer 5 tot 7 meter lang zodat het voedsel een hele weg moet afleggen.

Een uitgekiend parcour

Verteringsenzymen zorgen voor de afbraak van het voedsel in moleculen die geabsorbeerd worden door de cellen in de darmwand.

De dunne darm bestaat uit drie delen: duodenum, jejunum en ileum. Het contactoppervlak tussen darminhoud en darmepitheel wordt vergroot door de plooien van Kerckring, villi en microvilli. Alles bijeen zorgt dat voor een 600-voudige vergroting van het absorberende oppervlak tot 300 vierkante meter (de grootte van een tennisveld). Met een gemiddelde levensduur van 2 tot 4 dagen is het dunnedarmepitheel het weefsel met de hoogste vervangingssnelheid in ons lichaam.

 

De rol van de cellen

De enterocyten hebben wat kortere microvilli en liggen wat verder uit elkaar dan bij de dunne darm. De gemiddelde levensduur van deze cellen varieert van 4 tot 6 dagen. Ondanks de minder op opname gerichte structuur, is het colonslijmvlies wel in staat om veel water te absorberen, zodat de feces geconcentreerd worden. Daarnaast neemt het ook vitaminen en sommige vetzuren op.

Het slijm van de slijmbekercellen werkt als een glijmiddel voor de steeds droger wordende darminhoud.

De darmen zijn bijna volledig bekleed met een éénlagig cilinderepitheel. Een drietal centimeter boven de anale opening gaat dit abrupt over in een meerlagig plaveiselepitheel (het anale kanaal).